Dit grote religieuze bouwwerk is een beschermd monument en een van de grootste gotische kerken in Brussel. De kerk was vanaf het einde van de 10de eeuw tot in 1795 de zetel van het kanunnikenkapittel en de cultus gewijd aan Sint-Guido.
Romaanse kerk
Eind 11de eeuw en begin van 12de eeuw werd de indrukwekkende romaanse Sint-Pieterskerk opgetrokken. Het plan van deze kerk leek in grote lijnen op dat van het huidige bouwwerk. De romaanse collegiale werd niet in een maal afgebroken, maar stapsgewijs in gotische stijl herbouwd. Een van de overblijfselen is crypte.
Romaanse crypte
Via de trappen aan beide zijden van het koor heeft men toegang tot de crypte. Deze crypte is een ondergrondse kerk gewijd aan de verering van de relieken. Hier bevindt zich ook een houten standbeeld van Sint-Guido, dat vroeger boven de bron aan het einde van de Instituutstraat stond.
Graf van Sint-Guido
Een monument in blauwe steen wordt als het graf van Sint-Guido bestempeld. Via een nauwe vrije doorgang tussen beide zuilen kropen bedevaarders onder het schrijn van de heilige door opdat hun wensen en gebeden verhoord zouden worden.
Bouw van de gotische collegiale (omstreeks 1350 - omstreeks 1550)
Het gotische gebouw zoals we het vandaag kennen, dateert voornamelijk uit het einde van de middeleeuwen en werd in de vorm van een Latijns kruis gebouwd.
Eind 14de en begin 15de eeuw vond een grote restauratiecampagne plaats. De drie kerkschepen en de Onze-Lieve-Vrouw-van-Genadekapel kunnen we dateren rond 1400.
Het romaanse kruisleuk werd tijdens dezelfde periode grondig gewijzigd. Zijn dikke muren omsluiten nog steeds gedeelten van de oude romaanse collegiale.
Het portiek en de toren komen er begin 16de eeuw pas. De stenen spits in neogotische stijl werd pas aan het einde van de 19de eeuw opgetrokken door Jules-Jacques Van Ysendyck, de architect van het gemeentehuis.
Eind 14de en begin 15de eeuw vond een grote restauratiecampagne plaats. De drie kerkschepen en de Onze-Lieve-Vrouw-van-Genadekapel kunnen we dateren rond 1400.
Het romaanse kruisleuk werd tijdens dezelfde periode grondig gewijzigd. Zijn dikke muren omsluiten nog steeds gedeelten van de oude romaanse collegiale.
Het portiek en de toren komen er begin 16de eeuw pas. De stenen spits in neogotische stijl werd pas aan het einde van de 19de eeuw opgetrokken door Jules-Jacques Van Ysendyck, de architect van het gemeentehuis.
Restauraties van de collegiale in de 19de en de 20ste eeuw
Vanaf 1843-44 werd begonnen met de restauratie van de kerk onder leiding van architect Suys. De werken beperkten zich tot een uitwendige vernieuwing van het gebouw en werden in 1857 voltooid. Vanaf 1879 ondernam Jules-Jacques Van Ysendyck zeer grote grondwerken rond de kerk om het grondpeil rond de collegiale te verlagen. Deze werken, gekoppeld aan het gewicht van de spits, hebben een ernstige verzakking aan de noordwestelijke kant van de toren tot gevolg gehad. De restauratiewerken, die van 1994 tot 1997 hebben geduurd, moeten dit proces vertragen.
Muurschilderingen
Op de binnenmuren van de collegiale werden tijdens restauratiewerken op het einde van de 19de eeuw sporen van muurschilderingen uit de 14de, 15de en 16de eeuw aangetroffen. De collegiale van Anderlecht heeft dan ook het grootste geheel van muurschilderingen van het Brussels gewest.
Glasramen van het koor
Er blijven twee glasramen over die in de 19de eeuw sterk gerestaureerd werden. Het glasraam links in het koor dateert uit het einde van de 15de eeuw. Het beeldt de Heilige Maagd uit met het kindje Jezus in de armen, omringd door de donateur en zijn patroonheilige aan de linkerzijde en een andere heilige rechts. Drie kleuren domineren: blauw en rood worden afwisselend gebruikt in het centrale deel, smaragdgroen in het bovenste deel. Het glasraam rechts in het koor, dat de voorspraak uitbeeldt, dateert uit de 16de eeuw en is in renaissancestijl. De compositie concentreert zich op de donateur, waarschijnlijk een kanunnik van het kapittel die zijn gebeden tot Sint-Pieter richt. De Maagd en Christus maken ook deel uit van de compositie.
De andere kerkramen van het koor zijn neogotisch en dateren uit het einde van de 19de en het begin van de 20ste eeuw. Alle glasramen werden tussen 2000 en 2002 gerestaureerd. Daarbij hebben de specialisten ervoor gekozen om een buitenraam aan te brengen dat de glasramen moet beschermen tegen vervuiling, de weersomstandigheden en vandalisme.
De andere kerkramen van het koor zijn neogotisch en dateren uit het einde van de 19de en het begin van de 20ste eeuw. Alle glasramen werden tussen 2000 en 2002 gerestaureerd. Daarbij hebben de specialisten ervoor gekozen om een buitenraam aan te brengen dat de glasramen moet beschermen tegen vervuiling, de weersomstandigheden en vandalisme.
Overige glasramen van de collegiale
De glasramen boven het portaal van het dwarsschip komen uit het atelier van Camille Ganton en dateren uit 1929. Ganton distantieert zich van de neogotiek door gestileerde personages en een decoratiever gebruik van kleur. Links zien we de hemelvaart en rechts onderscheiden we Christus, te midden van heiligen en engelen. Het glasraam boven de ingangspoort dateert uit 1970 en wordt toegeschreven aan Michel Martens, een hedendaagse ontwerper van glasramen in België.
Grafstenen en -monumenten
In het koor bevinden zich twee grafmonumenten die werden opgericht ter nagedachtenis van de landsheren van Walcourt. In het noorderdwarsschip blijven drie interessante bas-reliëfs en 96 grafmonumenten over. De meeste stenen op de vloer behoren aan kanunniken toe. De mooiste grafstenen bevinden zich tegen de muren van de doopkapel.