En 1890, Jules Vandenpeereboom (1843-1917), docteur en droit, Ministre des Chemins de Fer, des Postes et Télégraphes, acheta plusieurs vieilles maisonnettes de chanoines situées à l’emplacement actuel de sa propriété place de la Vaillance, face au parvis de la Collégiale. Il les fit abattre pour y édifier une nouvelle maison patricienne avec deux tours, dans le style du XVIe siècle.
Un joli porche d’entrée du XVIIIe siècle s’ouvre sur un ensemble de trois immeubles datant de périodes différentes. L’habitation et la vieille cour pavée ont été conservées ainsi que l’ancien puits d’où partait jadis un passage secret (qui subsiste encore en partie), surmonté d’une belle ferronnerie d’art, copie d’une oeuvre conservée au Musée de Cluny à Paris. Le millésime 1563 de la façade n’est que décoratif.
A sa mort, en 1917, Jules Vandenpeereboom légua sa propriété et ses collections à l’État belge, à la condition que le lieu reste accessible au public. En 1924, l’endroit accueillit la Commission des Archives de l’Armée. De 1961 à 1974, l’immeuble fut désigné comme « Musée des Archives Nationales » avec en son sein une importante bibliothèque de livres au sujet de l’histoire de Belgique. En 1977, le Ministère de la Culture flamande restaura la maison et y déménagea l’académie des Beaux-Arts néerlandophone, l’« Academie voor Beeldende Kunsten ».
Cette propriété a été classée comme Ensemble le 28 février 2002 sous l’intitulé «Ancienne propriété Vandenpeereboom, ancienne conciergerie et ancienne maison «De Yseren Leeuw».
En octobre 2011, l’académie a fêté ses 40 ans d’existence. A cette occasion, l’artiste Bonom a réalisé un squelette de baleine en noir et blanc à travers plusieurs façades.
Entrée libre de 10h à 12h30 et de 13h30 à 16h30.
Voormalige eigendom Vandenpeereboom
In 1890 koopt Jules Vandenpeereboom (1843 – 1917), doctor in de rechten, Minister van Spoorwegen, Posterijen en Telegrafie, een aantal oude kanunnikenhuisjes op het Dapperheidsplein, recht tegenover het voorplein van de kapittelkerk. Alle deze huisjes werden afgebroken en vervangen door een gloednieuw patriciërshuis met twee torens, helemaal in de traditionele stijl van de 16de eeuw.
Een prachtig voorportaal uit de 18de eeuw biedt toegang tot drie gebouwen daterend uit verschillende periodes. Het woonhuis en de oude geplaveide binnenkoer werden net als de waterput goed bewaard. Van hieruit loopt een geheime doorgang – die nog deels bestaat – overwelfd met een zeer fraai smeedkunstwerk, een originele kopie van een werk dat wordt tentoongesteld in het Cluny Museum in Parijs. Het jaartal 1563 in de gevel is zuiver decoratief.
Bij zijn dood in 1917, schonk Jules Vandenpeereboom zijn eigendom en al zijn bezittingen aan de Belgische Staat, op voorwaarde dat het toegankelijk bleef voor het grote publiek. In 1924 wordt de Commissie voor de Legerarchieven er gehuisvest. Van 1961 tot 1974 wordt het gebouw het «Museum voor het Rijksarchief» met ondermeer een indrukwekkende bibliotheek met werken over de Belgische geschiedenis. In 1977 renoveert het Ministerie van de Vlaamse Cultuur het gebouw om er onderdak te bieden aan de «Academie voor Beeldende Kunsten».
Als geheel maakt deze eigendom deel uit van het Erfgoed sinds 28 februari 2002 onder de benaming «Voormalige eigendom Vandenpeereboom, voormalige conciërgewoning en het oude huis «De Yseren Leeuw».
In oktober 2011 vierde de academie haar 40 jarig bestaan. Voor deze gelegenheid ontwierp kunstenaar Bonom een walvissenskelet in zwart/wit gespreid over verschillende gevels.